zaterdag 4 juni 2016

Van Burgos naar Frómista

Na een gezellige avond in Burgos vertrekken we vandaag naar Frómista. Een 80 km fietsen waarbij we vooral in het begin even stevig moeten klimmen. Later op de dag wordt het makkelijker omdat we de Spaanse hoogvlakte bereiken.
Het is bewolkt vanochtend en er wordt onweer voorspeld (50% kans zegt de weerman).


Na het verlaten van Burgos komen we twee mannen uit Brabant tegen. Ze zijn 1 mei vertrokken uit Nederland en kamperen onderweg. Hun uitrusting hebben ze in een aanhanger achter de fiets. Afdalen doen ze even later beter dan wij, want ze suizen ons in volle vaart voorbij.
Ondertussen word de lucht steeds donkerder en het begint te spetteren. De regenjas gaat dus aan en we peddelen vrolijk verder. Een paar honderd meter voor een tankstation gaan de hemelsluizen open. Het komt met bakken uit de lucht, en dan is zo'n afdak van een tankstation ineens erg handig. Ze hebben ook nog koffie, dus het wachten is niet echt een straf.




Zodra de regen weg trekt springen we weer op de fiets en gaat het bergop. Ineens valt het Frouwkje op dat het in het dorp regende, maar de weg omhoog is helemaal droog. We zaten schijnbaar net aan de rand van de bui.
Na deze klim volgt er nog één en dan draaien we af naar Hontanas. Hier ontmoeten we de wandelaars weer en allerlei fietsers die met mountainbikes de wandelroute fietsen. Het is gezellig bij de albergue en het erbij gelegen restaurant dus we gaan lekker zitten voor een vroege lunch.



Na Hontanas volgt al snel de ruïne van San Anton. De weg is hier onder de bogen doorgebouwd.


Samen met de wandelaars fietsen we nu richting Castrojeriz. Het stadje stelt nu niet veel meer voor, maar had vroeger 8 hospitales waar de pelgrims konden overnachten, 3 kloosters en 6 kerken, waarvan de belangrijkste de abdijkerk Santa Maria del Manzano was. Hoog boven de stad liggen nog de resten van een tempeliersburcht die verantwoordelijk was voor de bescherming van de omgeving.





Onmerkbaar hebben we nu de hoogvlakte bereikt. Het is zeker niet zo plat als Nederland, meer zacht glooiend, maar we hebben nu wel ruime vergezichten. Kilometers ver kijk je uit over de graanvelden, en de weg loopt als een streep door dit landschap.

We steken de Rio Pisuerga over via een brug die hier al ligt sinds de twaalfde eeuw om pelgrims een droge en veilige overtocht te bieden.


Een stukje verder zien we een beeld dat hier eigenlijk in elk dorp wel te fotograferen valt. Ooievaars op de kerk en de kerktoren. In Boadilla del Camino zijn het er wel erg veel.



Vlak voor Frómista komen we nog langs het Canal de Castilla. Een kunstwerk uit de 18e eeuw die over een afstand van 200 km met behulp van 49 sluizen een hoogteverschil van 150 meter moest overbruggen.


Normaal sluit ik af met een foto van de finishplaats van vandaag. Dat sla ik nu even over, want het onweert hier nu stevig.
Morgen gaan we over de hoogvlakte richting Sahagún.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten